Ron Scholte Dived in Bergse Diepsluis

In 1978 is de Bergse Diepsluis aangelegd door Rijkswaterstaat als onderdeel van de Oesterdam. Al duizend jaar geleden lag er op deze plek een dorp die bij menig storm onderliep en het achtergelegen land risico liep op overstromen. Als bescherming voor het achterland is de Oesterdam aangelegd. De Bergse Diepsluis ligt bijna achterin de Oosterschelde en kent dan ook een getijde. De stroming is niet al te heftig, maar als je geen stroming gewent bent dan is het toch slim om de getijdentabel te raadplegen voor het duiken. Op de N659 kun je een stukje de parallelweg op en dan de Veerweg. Er is een parkeerplaats en in het seizoen is deze voorzien van Dixi’s een vuilcontainer. Er is een trap om de dijk over te komen of een luie maar lange weg omhoog. Bovenaan de dijk ligt ook een fietspad en bij mooi weer is die dan ook redelijk druk. Het water is goed te bereiken door de trap die is aangelegd. Veel bekende diersoorten uit de Oosterschelde zijn hier te vinden zoals kreeft, krabben, anemonen, slakjes, sponzen, platvissen, sepia’s en snotolven. In het najaar is de kans groot dat je pijlinktvissen tegenkomt. Rondom de trap vind je een zandplaat maar ga je langs de dijk zwemmen rond de 4 à 5 meter diep, dan vind je er veel leven. Zwem je van de trap rechtuit dan kom je rond de 10 meter een oefenplatform tegen. De maximale diepte is ongeveer 15 à 16 meter. De Bergse Diepsluis is een fijne plek om kennis te maken met de Oosterschelde, goed toegankelijk en niet al te moeilijk.